Relatie borstvoedingsduur en tevredenheid

nwsbrcht-bvduur.jpgUit onderzoek van TNO samen met de Verloskunde Academie te Amsterdam blijkt dat veel moeders ontevreden zijn over hoelang zij borstvoeding gegeven hebben. Deze ontevredenheid geeft aan dat de begeleiding en ondersteuning bij het geven van borstvoeding beter kan. TNO pleit daarom voor een landelijke richtlijn borstvoeding die alle zorgverleners verbindt. Bij de begeleiding bij borstvoeding spelen veel zorgverleners een rol: kraamverzorgenden, verpleeg- en verloskundigen, artsen en specialisten in het ziekenhuis. Deze zorg moet goed op elkaar afgestemd zijn om tegengestelde adviezen aan moeders te voorkomen.

Teleurstelling

Iets meer dan de helft van de vrouwen had liever langer zelf willen voeden: tweederde van deze vrouwen voelden zich daarover teleurgesteld, één op de vijf zelfs zeer teleurgesteld. De onderzoekers vroegen drie jaar na de bevalling aan 1300 vrouwen hoe zij hun kraamperiode ervaren hebben. Dit onderzoek werd het afgelopen studiejaar uitgevoerd in samenwerking met studenten van de Verloskunde Academie te Amsterdam.

Opluchting

Behalve dat vrouwen langer hadden willen voeden, en daarover teleurgesteld waren, bleek ook een groep vrouwen opgelucht. Terwijl ze eigenlijk langer hadden willen voeden, waren ze juist blij dat de borstvoeding gestopt was. De onderzoekers interpreteren dit als teken dat het geven van borstvoeding door hen als een last wordt ervaren.

Samenvatting van de conclusies

Ruim de helft van de vrouwen uit de onderzoekspopulatiegaf aan dat zij liever langer borstvoeding had willen geven, iets minder dan de helft vond dat zij lang genoeg borstvoeding had gegeven. Van de vrouwen die langer borstvoeding had willen geven, stopte een kwart binnen de eerste levensmaand van het kind met de borstvoeding. Het merendeel van de vrouwen heeft echter langer dan een maand haar kind de borst gegeven.

Het hebben van te weinig melk/niet genoeg gewichtstoename van het kind/moeilijk te voeden kind, is de meest voorkomende reden om te stoppen met het geven van borstvoeding, zowel voor vrouwen die korter dan één maand borstvoeding gaven als voor vrouwen die langer dan een maand hun kind voedden aan de borst. Door vrouwen die korter dan een maand gevoed hebben, wordt het pijlijk zijn of het niet genieten van de voedingen als tweede belangrijke reden voor het stoppen gegeven. Verder is het ziek zijn van moeder of kind voor vrouwen uit deze groep een veel voorkomende reden om te stoppen.

Door vrouwen die langer dan een maand gevoed hebben, wordt het weer hervatten van de werkzaamheden als tweede belangrijke reden genoemd voor het stoppen met de borstvoeding. Ook ziek zijn van de moeder of kind is bij vrouwen die langer gevoed hebben dan een maand een belangrijke reden om te stoppen met de borstvoeding.

Lees ook

Hier uw advertentie?

Neem vrijblijvend contact met ons op voor de mogelijkheden