De keerzijde van het ‘gelukshormoon’ oxytocine. Een aangrijpend en leerzaam verhaal

verhaal-344-1.jpgBeste Borstvoeding.com
Graag wil ik mijn borstvoedingsverhaal delen met alle moeders die borstvoeding geven, gaan geven of gegeven hebben.
Ik hoop dat jullie het op de site willen plaatsen ter ondersteuning van deze moeders die zich herkennen in mijn verhaal.

Acht weken oud was mijn zoon, toen ik begon met schrijven van mijn verhaal. Het is op de plank blijven liggen en nu wil ik het graag afronden.
Inmiddels is hij zes maanden.

Acht weken is hij nu, mijn mannetje, ons tweede kindje. En net als zijn grote zus die inmiddels 3,5 jaar is, ga ik hem borstvoeden tot hij er klaar mee is.
Mijn dochter heeft 22 maanden borstvoeding gekregen. Daar ging mijn
eerdere verhaal  over: Een aai over mijn borst en ‘klaar’ zei ze.
Zoals eerder aangegeven was het voeden van mijn dochter intensief en moest ik mijn verwachtingen van een baby opvoeden bijstellen. Inmiddels ben ik een zelfverzekerde moeder die gelooft in het eigen tempo van het kind, in borstvoeding op verzoek, samen slapen en draagdoeken. Door deze manier van opvoeden ervaar ik het verzorgen van mijn zoon anders dan destijds bij mijn dochter.

Mijn dochter was zeven maanden toen ik instortte! Een maand voor ik zou gaan werken. Mijn energie was op. Ik kon niet meer. Hoe kon ik straks aan mijn baan beginnen als ik zo’n wrak was.
Iedereen zei, voor de zoveelste keer dat ik moest stoppen met borstvoeding, dat dat de reden was dat ik me zo voelde. Dat het beter zou zijn als ik volledig kunstvoeding zou geven. Maar ik kon dat niet. Echter heb ik in die maanden mijzelf zo vaak rot gevoeld en gedacht om te stoppen als ik weer eens een huilbui had wanneer ik haar aan het voeden was en dacht dat alles volgende week beter, leuker en makkelijker zou zijn.

Eerst dacht ik dat het kwam doordat ze zoveel mamahonger had, en bij mij wilde zijn in plaats van in haar eigen bedje. Dat al haar behoefte aan mijn geborgenheid mij fataal zijn geworden in het afzakken van mijn psychische gemoedstoestand. Had ik mijn dochter voor mijn eigen bestwil, koste wat het kost op haar eigen kamer moeten laten slapen? Had ik de kookwekkerregel moeten uitproberen? Had ik op de fles moeten overstappen? Om het voor mezelf makkelijker te maken? Nee dat kon ik niet, dat kleine meisje had mij nodig. Enkel moest ik er voor zorgen dat mijn behoeften ook vervuld werden. Om deze reden ben ik bij een psycholoog terechtgekomen en samen met haar is het mij gelukt om mezelf weer in balans  te krijgen maar wel op mijn eigen opvoedvoorwaarden.
En zo begon ik haar behoeften en mijn behoeften op elkaar af te stemmen. Hoe konden beide behoeften vervuld worden zonder een hoge prijs te moeten betalen? Samen slapen en draagdoeken. Dat bleek de oplossing voor haar en mij.

Zelf was ik er in mijn tweede zwangerschap van overtuigd dat ik deze keer niet in een depressie zou kunnen raken. Ik had een signaleringsplan geschreven en samen met mijn partner besproken waar wij beiden op moesten letten en het opvoeden volgens natuurlijk ouderschap zou het een stuk makkelijker maken.
Het is inderdaad een stuk makkelijker.

Onze zoon slaapt bij mij in bed. Mijn vriend is na de geboorte op de kamer van onze dochter gaan slapen om geen gebroken nachten te hebben. En onze dochter is een week na de bevalling op haar eigen inititief bij haar vader gaan slapen, op haar eigen kamer. Als ze ‘s nachts wakker wordt, kruipt ze op zijn matras en slapen zij samen verder. Ik geef borstvoeding op verzoek en onze zoon is bijna continue in de ringsling. En toch? toch voelde ik dezelfde gevoelens die ik bij mijn dochter had. Weer die rare neerslachtige gevoelens, de drang om heel hard te huilen.

Ik snapte er niets van. Ik was uitgerust, had mijn manier van opvoeding gevonden en toch ervoer ik hetzelfde gevoel wat ik bij mijn dochter had. Ik ging er bij mijn zoon op letten wanneer ik deze gevoelens had en kwam er achter dat dit enkel bij het geven van borstvoeding was/is.

Ik heb ‘neerslachtige gevoelens tijdens borstvoeden’ opgezocht op internet en kwam via borstvoeding.com op een wetenschappelijk artikel uit wat schrijft over dysforische toeschietreflex. Bij het lezen van dit artikel herkende ik mezelf met het voeden van mijn dochter en nu ook met mijn zoon.

Oxytocine zorgt ervoor dat de dopamine daalt. Bij sommige vrouwen daalt de dopamine zo erg dat ze daardoor met neerslachtige gevoelens, een brok in hun keel en een rare maag kampen. Enkel bij het toeschieten van de melk.
Met deze kennis weet ik dat ik niet terug zal vallen. Het is echt enkel bij het voeden (vermoeidheid en honger verergeren het gevoel heb ik inmiddels gemerkt, dus daar let ik goed op) en ik weet dat dit gevoel, naarmate de zwangerschapshormonen uit mijn lijf verdwijnen, zal afnemen. Had ik dit drie jaar geleden maar geweten dan was ik nooit zo ver in een depressie gezakt. Dan had ik het gevoel kunnen relativeren en weten dat het na het voeden weer over is. En dan had ik meer kunnen genieten van de acht maanden dat ik thuis was om voor mijn dochter te zorgen en er voor haar te zijn.

Op dit moment berust ik mij in mijn lot van DTSR en als ik zie dat mijn mannetje in acht weken tijd al twee kilo gegroeid is kan ik alleen maar doorgaan met het voeden op verzoek en er goed op letten dat ik mezelf ook goed voed.
Ik hoop dat mijn verhaal andere moeders die op dit moment kampen met neerslachtige gevoelens het lukt om het voor zichzelf helder te krijgen wanneer zij zich zo voelen en hopelijk net als ik tot de conclusie komen dat het enkel tijdens het borstvoeden is. En dat het hen lukt om voor hun kindje en zichzelf te kiezen ondanks wat iedereen zegt.

verhaal-344-2.jpgInmiddels is mijn zoon zes maanden en lees ik mijn eigen verhaal terug. Het verhaal wat ik had willen opsturen toen hij acht weken was. Nu vier maanden later vind ik het mooi om mijn eigen gedachten terug te lezen en te kunnen bevestigen dat mijn gedachte klopte. Het neerslachtige gevoel is inderdaad afgenomen naarmate de weken verstreken.
Deze week ben ik weer gaan werken. Geen moment ben ik bang geweest dat ik deze week niet zou kunnen beginnen met mijn baan. Ik voel me zelfverzekerd door de kennis die ik heb opgedaan over de keerzijde van het geven van borstvoeding. Waar helaas nog weinig over bekend is. En dat het woordje gelukshormoon niet voor iedereen opgaat.

Ik heb me er in berust. Ik heb goed voor mezelf gezorgd en me laten verzorgen door mijn partner die mij steunt in mijn borstvoedingskeuze en mij ontlast als dat nodig is.
Lange tijd heb ik op de dag meegeslapen met mijn zoontje als mijn dochter op de opvang was of als mijn partner thuis was. Daar heb ik bewust voor gekozen ondanks dat ik liever iets anders deed als mijn mannetje sliep. Allemaal in het belang van mijn eigen gemoedstoestand en de wil om borstvoeding te geven.
Deze keer heb ik door de opgedane kennis geen hoge prijs hoeven te betalen. En geniet ik van ieder borstvoedingsmoment en hoe liefdevol mijn mannetje mij aankijkt als hij zijn buikje vol heeft gedronken.
Slapen doe ik niet meer op de dag, de nachtvoedingen gaan goed door het samen slapen. Mijn mannetje en ik zijn in balans. En daar plukt ons gezin de zoete vruchten van.

Ik hoop dat ik over twee jaar weer een verhaal kan schrijven voor Borstvoeding.com omdat mijn zoon net als mijn dochter stopt met borstvoeding als hij er klaar voor is.

Mijn huisarts, de lactatiekundige en de verloskundigen, allen hadden ze nog nooit van DTSR gehoord. Inmiddels weten zij wel van het bestaan en ik vertrouw er op dat zij deze kennis delen met hun collega’s.

En ik hoop dat door mijn verhaal er mensen zijn die het herkennen, bij zichzelf of misschien bij iemand in hun omgeving en wellicht de borstvoedende moeder kunnen attenderen op DTSR en dat de oplossing wellicht te vinden is in voldoende voeding en voldoende slaapmomenten in plaats van het standaard advies om te stoppen met borstvoeding.

Daniëlle